Off­set. Pr DE SM ET. rue des WaP­fons J4*I6. An­vers TeP: 209.05

jOiik­sa,

Een SPE­CI­A­LIST

sinds 4907

VOOR: On­der­ne­ming On­der­koud Her­stel­ling V er­nieuwmg

VAN

DAKEN

TO­RENS, N SCHA­LIËN

J Fr. Dol­feyn

ANT­WERP­SCHE TEL.993.27 STEEN­WEG, 274

OUDE- GOD

DE CON­STRUC­TI­ONS ME­TAL­LI­QUES

TtL. 55536

— ' PRO­GRAM­ME 17 » r u e l, w i J l t, H ’ — A PAR­TIR DU VEN­D­RE­DI 20 MARS lg_6 VANAF VRIJ­DAG 20 MAART

1. Eclair Jour­nal. 1. Eclair-Nieuws­be­rich­ten.

Ac­tu­a­lités so­no­res. Ak­tu­a­li­tei­ten op den klank­film.

2. Voy­a­ge au­tour de l’„Ile d’Or”. 2. Reis rond het „ Goud­ei­land ”.

Do­cu­men­tai­re. Do­ku­ment­film.

3. Chez l’An­ti­quai­re. 3. Bij den Oud­heid­kun­di­ge.

Des­sin animé en cou­leurs. Klankteeken­film in kleu­ren.

et son Or­ches­tre. en zijn Or­kest.

1. Luc­ky-Star... (A. F'reed et H. Brown). 4. « La Veuve Joy­eu­se » (Lehar).

2. In­di­an Lo­ve-Call (R. Friml). 5. By the Wa­ters of Min­ne­t­on­ka

3. Chan­son du Prin­temps (Men­dels­so­hn). (Char­low-Li­eu­ran­ce). 6. Chez Strauss, le Roi de la Valse (H. Weber).

5. His­toi­res de la Forêt vi­en­noi­se. 5. Ver­ha­len uit het Ween­er woud.

Dra­ma­tis per­so­nae:

Mil­lie Shef­fers MAGDA SCHNEI­DER

Mary Lîmford; • • . . TREES VAN AAL­TEN

Graf Rudi von Wald’heim WOLF AL­BACH-RET­TY

Schopf LEO SLE­ZAK

Fürst Ki­ri­loff GE­OR­GE ALEXAN­DER

Po­meill OSKAR SZABO

Bobby LO­REN­ZEN

Max BOL­SI­US

Les plus bel­les VOI­TU­RES d’En­fants

Cour­te RUE PORTE AUX VA­CHES 11 STYLE - ELE­GAN­CE - CON­FORT - SOU­PLES­SE

His­toi­res de la

Le comte Rudi Wald­heim, héri­tier d’un vieux château espère pou­voir se libérer de l’em­ploi qu’il oc­cu­pe auprès du Prin­ce Kir­loff, négo­ci­ant en voi­tu­res au­to­mo­bi­les. Mais le vieux château dont les rui­nes at­tes­tent sa vétusté est grevé d’hy­pothèques, qu’un cer­tain Schopf a délibérem­ment con­sen­ties. Mais Schopf per­dant ra­re­ment la no­ti­on des réalités, tente de ven­d­re la vieil­le ruine â Mary Lim­ford, la fille du mil­li­ar­dai­re améri­cain.

Marie Lim­ford est venue à Vi­en­ne en com­pag­nie d’une amie, la jour­na­lis­te Mil­lie Schef­fers. Pour des rai­sons tou­tes per­son­nel­les, les deux amies chan­gent, une pour l’autre, leur iden­tité.

Il résulte de se sub­ter­fu­ge que Schoff

Ge­schie­de­nis uit

Graaf Rudi Wald­heim erft een oud kas­teel. Hij hoopt de be­trek­king die hij heeft bij Prins Kir­hoff, die thans in autos han­delt, te kun­nen ver­la­ten. Maar het erf­goed ver­keert in door­slech­ten staat en is over­be­last met hy­po­the­ken, allen in han­den van Schopf. Deze Schopf hoopt het kas­teel te kun­nen ver­koop­en aan Mary Lim­ford, eene Ame­ri­kaan­sche mil­jar­dairs-

Forêt Vi­en­noi­se

croy­ant s’adres­ser à Mary Lim­ford, offre le château en vente à Mil­lie Schef­fers.

Pincé au jeu, Schopf s’est mis dans la tête de faire de Rudi Wald­heim le mari de la riche améri­cai­ne, et il ar­ri­ve bientôt que la mal­heu­reu­se Mil­lie ne par­vient plus à se débar­ras­ser de Rudi qu’elle ren­con­tre par­tout jusqu’au jour où enfin exténuée, elle avoue ne pas être la riche mil­li­ar­dai­re que l’on croit. ,

Mais qu’im­por­te les ti­tres et la for­tu­ne puis­que l’amour s’est in­stallé au cœur de Rudi.

Un heu­reux ma­ria­ge vient clôturer cette comédie, née de l’ima­gi­na­ti­on de deux jeu­nes fil­les, qui grâce à elle, trou­vent le che­min de leur vie.

hef Ween­er­woud

doch­ter, wier aan­komst te Wee­nen hem werd ge­meld.

Mary heeft haar va­der­land ver­la­ten in de over­tui­ging wel­licht in af­zon­de­ring het geluk te vin­den, want zij beelt zich in dat wie haar kent. haar slechts voor haar for­tuin kan lief­heb­ben. Zij is ver­ge­zeld van een jonge dag­blad­schrijf­ster Mil­lie Schef­fers, die door haar blad ge­last werd met het

ÉCO­NO­MIE, j

Hygiène, Con­fort, I

avec les

pour b

CHAUF­FA­GE CEN­TRAL

par Eau chau­de ou par Va­peur.

De­mands?. la Bro­cuuLO spéciale envoyée fran­co sur de­man­de.

Chauf­fa­ge cen­trai

Dis­tri­bu­ti­on d'eau chau­de

In­stal­la­ti­ons

sa­ni­tai­res

Louis VER­AN­NE­MAN j

43, Rue du Pa­vil­lon

ÂDiATF.​URS

CHAU­DIÈRES

BE­SPA­RING, GE­ZOND­HEID en BE­HAAG­LIJK­HEID

zijn U ver­ze­kert

door de

Cen­tra­le Ver­war­ming

mei

Ra­di­a­to­ren en Ketel

“ IDEAL CLAS­SIC „

Vraagt het uit­leg­boek­je. dat U kos­te­loos zal toe­ge­zon­den wor­den, aan

Louis VER­AN­NE­MAN

43, Vlag­straat, Ant­wer­pen

TE­LE­FOON 557.45

AN­VERS

557.45

Guin­ness

vous fera du bien

schrij­vfP. van een roman. « Ge­schie­de­nis uit het 'Weeftèir­woud » gétitèld, en' zich thans ter plaat­se wen­scht te do­cu­mentée-ren. Mil­lie is trou­wens de doch­ter eener Ween­sche. Zij hoor­de zoo dik­werf het land ii­a­rer moe­der roe­men dat ze. thans over­ge­luk­kig is er te kun­nen ver­blij­ven. Dbch Mary heeft tij­dens de reis hare ge­ze­lin er kun­nen toe over­ha­len, el­kan­ders een­zel­vig­heid te ver­wis­se­len. Mil­lie werd aldus de mil­jar­dairs­doch­ter, die in het prach­tig­ste, hôtel gaat lo­geeren, te mid­den der rijk­ste weel­de en hoog­ach­ting.

Schopf heeft zich te­le­fo­nisch met Mil­lie in ver­bin­ding ge­steld om haar het kas­teel te koop te bie­den in de mee­ning dat zij de rijke Ame­ri­kaan­sche is. Doch Mary neemt haar het toe­stel Uit de han­den, en, om een ko­zijn die haar het hof maakt te pla­gen, ant­woordt zij aan Schopf dat oude kas­tee-len haar min­der be­lang in­boe­ze­men dan... jonge gra­ven, Schopf ver­an­dert van tak­tiek en legt het er op aan om Rudi IWald­heim met de Ame­ri­kaan­sche te trou­wen. Doch Wald­heim wei­gert. Hij zal veel­eer troost gaan zoe­ken in een of ander Wie­ner­hof.

Mil­lie word op hare wan­de­lin­gen door

Wee­nen steeds ver­ge­zeld van Mary’s ver­loof­de. Om aan dit be­la­che­lijk per­so­na­gie te ont­snap­pen springt Mil­lie in een pri­va­te auto en smeekt den voer­der voort te rij­den. Nu is deze voe­der nie­mand an­ders dan Rudi. Aldus ge­raakt zij aan eene be­trek­king bij Ppins Kir­loff en.​aan... een begin voor haren roman. Kir­hoff legt het er op aan om de gunst te win­nen van eene geld­schiet­ster.

Mary wil dien avond naar de « Groe­ne Flesch » gaan. Schopf schikt het aldus dat het meis­je in zijn voi­tuur plaats neemt en hij voert haar naar een veel weel­de­ri­ger lo­kaal waar hij met een hu­we­lijks­aan­zoek voor den dag komt.

Een gan­sche reeks ver­wik­ke­lin­gen doen zich voor tot Mil­lie de grap ver ge­noeg ge­dre­ven vindt en be­kent wie ze ein­de­lijk is. Dit laat een dub­bel « happy end » toe ver­mits dat Mary haar ko­zijn kan huwen, ter­wijl Mil­lie met graaf Wald­heim van wal steekt, vvien ze niet enkel het geluk, maar te­vens ook schoo­ne voor­uit­zich­ten schenkt aangézin­men heeft vast­ge­steld dat zij de nicht is van den rij­ken Schopf.

Per­zi­sche sprook­jes­we­reld wordt wer­ke­lijk­heid

„Tu­ran­dot, Prin­ses van China"" ont­staat in Neu­ba­beis­De­ro

Ei­gen­lijk zijn de Ufa-ter­rei­nen in Neu-ba­bels­berg een sprook­jes­we­reld op zich-j zelf, die de bloei­en­de fan­tai­sie van Oos-i ter­sche sprook­jes­ver­tel­lers bijna in de; scha­duw stel­len. Het­geen Sche­he­ra­za­da aan haar ko­nin­gin in dui­zend-en-één-' nacht ver­teltt, is hier veel­vul­dig over­trof­fen, want hier wor­den al die sprook­jes­ach­ti­ge droo­men wer­ke­lijk­heid, hier wor­den ze zicht­baar. Sprook­jes­pa­lei­zen ont­staan zon­der me­de­wer­king van Aladins won­der­lamp; in plaats van den magiër is er de re­gi­seut, in plaats van een « toover­staf » dient hem zijn « staf » van me­de­wer­kers.

Men zegge niet, dat de mo­der­ne tech­niek on­ro­man­tisch is — juist zij geeft ons \ eerst de mo­ge­lijk­heid, de ro­man­tiek zelf te be­le­ven, en voor­al de film doet ons de mid­de­len aan de hand, ook wer­ke­lij­ke sprook­jes­stem­ming in onzen zoo reëelen tijd voor oogen te toove­ren.

Dat kan men zoo echt goed nu in de groote op­na­me der Ufa be­le­ven, want daar ont­staat mo­men­teel het sprook­je van de won­der­mooie, maar hoog­har­ti­ge en man­nen­schu­we prin­ses Tu­ran­dot als film.

Thea von Har­bou heeft in haar draai­boek het oude sprook­je to­taal nieu­wen in-houd ge­ge­ven, zij heeft hier­uit een zoo kos­te­lij­ke, vrool­ij­ke co­me­die ge­maakt., dat alle ar­tis­ten vol goede stem­ming zijn. Een vrool­ijk ge­we­mel vulde de reus­ach­ti­ge hal — en werd juist de groote slot­scène in de prach­ti­ge « dra­ken­zaal » van het pa­leis van ï den Chi­nee­schen kei­zer ge­draaid.

Bijna tot aan het pla­fond van de reus­ach­ti­ge op­na­me­hal reikt deze troon­zaal, hee­le­maal boven zit Zijne Ma­jes­teit op den dra­ken­troon — Willy Schaef­fers droomt daar voor zich uit en schijnt zich ::--

ge­wel­dig te ver­ve­len. Niet ver van hem staat zijn schoon­zoon in spé K-alaf, die in de film geen prins doch een een­vou­di­ge vo­gei­nan­de­laar is en die vrool­ijk naar de rol schijnt voor E. Plan­chart ge­maakt te zijn. noe nij aaar­op naar prin­ses Tu­ran­dot op den grond lig­gen­de me­nig­te kijkt. Deze kijkt, die in een präch­ti­gen draag­stoel door vier dra­gers naar den troon wordt ge­bracht, is een ka­bi­net­stuk op zich­zelf! Zes, zeven maal wordt de scène her­haald, en men vreest reeds, dat K.äte de Nagy, die de rol van Tu­ran­dot speelt, van het schom­me­len in den draag­stoel dui­ze­lig zal wor­den. Hoe ge­wich­tig doen de draag-stoel­dra­gers, die een wer­ke­lij­ke sprook­jes­prin­ses te dra­gen heb­ben.

Over­al heer­scht een goede stem­ming, zelfs de stren­ge op­per­rech­ter en de vree-se­lij­ke, angst in­boe­ze­men­de beul la­chen ver­ge­noegd, al­leen de an­ders in zijn rol zoo vrool­ij­ke Wil­li­bald, de knecht van Ka-laf, kijkt ern­stig. Onder de toe­schou­wers hup­pelt het klei­ne sier­lij­ke fi­guur­tje van Inge List, in de film Mian Li, de ver­trou­we­lin­ge van de prin­ses.

Op al dat ge­we­mel kijkt Zijne Kei­zer­lij­ke Ma­jes­teit van China neer, maar al die hon­der­den zijn slechts schijn­baar zijn on­der­da­nen. Want nog hoog­er troont de ei­gen­lij­ke heer­scher in de « Dta­ken­zaal », de re­gis­seur Ger­hard Lam­p­recht. Voor zijn com­man­do, dat tot ver ach­ter in de zaal te hoo­ren is, heeft zelfs de kei­zer van China te bui­gen. Hij geeft het teek­en: « At­ten­tie, op­na­me. » Ob zijn com­man­do val­len de « on­der­da­nen » op den grond, vlam­men de Ju­pi­ter­lam­pen op, en gaan ze weer uit.

TA­VER­NE DU

Pa­on­Royaj

RE­NOM­MEE POUR LES

BIÈRES

AN­GLAI­SES

SPÉCI­A­LITÉ DE

VIEUX PA­LE-ALE

L’IN­STAL­LA­TI­ON SO­NO­RE DU

lui

IllHl­lI

ni­i­raR

il­Bl­BIB­BlI­I­I­I­II

ete equi­pee au moyen des ap­pareils de pro­jec­ti­on

AM­PLI­FI­CA­TEUR

Elec­tric

Con­ces­si­on­nai­re pour la BEL­GI­QUE:

S. A. ANC. ROT­HER­MEL COR­PO­RA­TI­ON

39-41, rue du Midi, BRUXEL­LES

AAN­STAAN­DE WEEK

KATE

PIER­RE

mime

in de groote U. F. A. - pro­duc­tie

SE­MAI­NE PRO­CHAI­NE

KATE

NAGY

PIER­RE

BLAN­CHAR

dans la su­per­pro­duc­ti­on U. F. A

EN­FANTS ADMIS

DOT

CHINE

EN­FANTS ADMIS

TU­RAN­DOT

Le cour­ri­er cinéma­to­grap­hi­que.

«Tu­ran­dot, Prin­ces­se de Chine», est une jolie féerie où le décor splen­di­de­ment, ri-. che­ment ori­gi­nal en­tre­ra pour la plus gran­de part dans le succès cer­tain. En se­cond lieu la dis­tri­bu­ti­on rare, en tête de la­quel­le fi­gu­rent Pier­re Blan­char et Kate de Nagy et dont nous chan­te­rons plus loin les mérites. Puis un beau sujet de conte orien­tal et cruel.

Re­ten­ons sur­tout la déli­vran­ce mou­ve­mentée du prin­ce de Sa­mar­can­de par Ka-laf; la réso­lu­ti­on, au mi­li­eu de la Cour chi­noi­se et de­vant le trône du Tu­ran­dot, de la tri­ple énigme, tou­jours par Kalaf; le défilé du choeur après la vic­toi­re de l’oi­se­leur in­con­nu; de dése­spoir « amu­sant » de la naïve et cru­el­le prin­ces­se; les ren­dez-vous d’amour de Dali oet de la camériste; les ruses de Kalaf pour sus­ci­ter la ja­lou­sie de celle qu’il a con­qui­se; l’énigme de Kalaf posée à Tu­ran­dot (cha­cun son tour), la conquête défi­ni­ti­ve de la prin­ces­se de Chine et tou­tes les scènes, si char­man­tes, de la fin.

En ter­mi­nant, un bravo pour le réali­sa­teur de ce film ori­gi­nal et réussi: Gérard Lam­p­recht.

Film qui connaîtra de longs soirs.

La grif­fe.

Jou­ant un peu bouf­fon­ne­ment, selon l’his­to­riet­te même, l’in­ter­préta­ti­on réunit un Pier­re Blan­char tout frisé une, tou­jours jolie Kate de Nagy en Chi­noi­se si­mi­li, un Sinoël très Em­pe­reur d’opérette, un André Ber­ley en jus­ti­cier-à-nat­te, puis, José Noguéro, Marfa Der­vil­ly, Dalio et la char­man­te Mo­net­te Dinay, tous ex­cel­lents.

Une gran­de ri­ches­se d’in­ven­ti­on dans les décors et dans les ma­quet­tes qui nous re­con­sti­tu­ent une su­per-Chi­ne, c’est-à-dire déli­ci­eu­se­ment fleu­rie, chan­tan­te et chan:

et la PRES­SE

tournée... Ce film con­sti­tue un di­ver­tis­se­ment d une séduisan­te bouf­fon­ne­rie.

La cinéma­to­grap­hie française.

1 uran­dot a été exécuté sans souci de l'ar­gent qu il coûtât. Il a été conçu et réa- % Usé pour plai­re, pour en­cha­nier les yeux, pour con­sti­tu­er un di­ver­tis­se­ment de qua­lité. C est pour­quoi ce conte extrême-orien­tal qui fut une opérette char­man­te fait aussi un film trèy joli, ou de fan­tas­ti­ques décors d’une Cnine ima­gi­nai­re en­ca­drent les scènes d amour et de faste ingénu d'une pe­ti­te prin­ces­se et d un oi­se­leur.

Agen­ce A’in­for­ma­ti­ons cinégraph.​ques.

Kate de Nagy est une char­man­te prin­ces­se Tu­ran­dot; Pier­re Blan­char sur­prend par la jëunes­se et la gaitée qu’il mon­tre dans le rôle de Kalaf; Sinoël a de la fan­tai­sie dans le rôle de l’Em­pe­reur. Parmi les au­tres in­ter­prètes, il me faut féli­ci­ter tout par­ti­cu­lièrement Dalio qui fait d’écla­tants débuts dans le rôle d’Hip­po­ly­te, ser­vi­teur et con­fi­dent de Kalaf et Mo­net­te Dinay qui a du char­me et de la bonne hu­meur.

La cri­ti­que cinéma­to­grap­hi­que.

Pne joy­eu­se, amu­san­te fan­tai­sie chi­noi­se, jouée à mer­veil­le par une Kate de Nagy déli­ci­eu­se­ment jolie, un Pier­re Blan­char frisé et hu­mo­ris­ti­que, Sinoäl, drôle d’em­pe­reur, ou plutôt un em­pe­reur drôle, André Ber­ley un grand juge, hu­main astu­ci­eux et... juste (?). José Noguéro, Dalio,— . Mo­net­te Dinay etc...

Les décors dans lesquels évo­lu­ent tout ces ar­tis­tes de ta­lent sont des plus ri­ches, " des plus fas­tu­eux, des plus amu­sants, des plus « Chine de fan­tai­sie », ils con­sti­tu­ent, avec les cos­tu­mes et les ima­ges un spec­ta­cle d’une bouf­fon­ne­rie irrésis­ti­ble.

Cho­co­lat

Uiar­tou­gin

le meil­leur

MAI­SON - HUIS

Jules P

ee­t­ers

Rue Hou­blon­nière - 14 - Hop­land

TEL. 326.21 AN­VERS - ANT­WER­PEN

Fondée en — Ge­sticht in 1870

TAPIS en tous gen­res TIS­SUS

TA­PIJ­TEN in allen aard STOF­FEN

LI­NO­LE­UM etc. enz.

Ma­ga­zijn van alle soor­ten ge­maak­te en on­ge­maak­te GOE­DE­REN, üroote keus van alle soor­ten Werk­kie­len, Broe­ken, Over­als, lange grij­ze- en Kak­hi-frak­ken.

Groote keus in KINDS­KOR­VEN­GOE1) en BON­NE­TE­RIE.

Wed. A. Nie­mans-Van Riel

Lange Beel­de­kens­straat, 144

(ne­vens de Wetstraat) — Te­le­foon 564.22

Dit huis heeft geen bij­hui­zen

L EAU VIVE des Sour­ces de Gen­val, jail­lit d’une façon na­tu­rel­le des pro­fon­deurs de la terre, sans aucun pom­pa­ge ni autre moyen ar­ti­fi­ciel.

L’éta­blis­se­ment est ou­vert à la vi­si­te du pu­blic du­rant tout l’été, et l’accès à la Sour­ce per­met ainsi, à cha­cun, de se ren­d­re comp­te de la qua­lité na­tu­rel­le des eaux minérales de Gen­val.

Les ana­ly­ses ef­fec­tuées par Mon­si­eur Joly, Pro­fes­seur de Chi­mie ana­ly­ti­que à l’Uni­ver­sité de Bruxel­les, démon­trent que l’eau de Gen­val est d’une pureté in­com­pa­ra­ble et que, par sa com­po­si­ti­on chi­mi­que, *! elle peut ri­va­li­ser avan­ta­geu­se­ment avec les meil­leures eaux étrangères.

non ga­zeu­se j Fr. 1,45

ga­zeu­se | la bou­teil­le 1 litre

Dépôt: 105, rue Eve­raerts, An­vers Téléphone: 574.60

I Sour­ce Bonne Fon­tai­ne :

Sour­ce Ar­gen­ti­ne :

» Ser­vi­ce spécial pour

1 -- -- par­ti­cu­liers -- —

Voor de film « Tu­ran­dot, prin­ses van China », heeft de UFA in Neu Ba­bels­berg Pe­kings be­roem­den kei­zers­tuin in het ate­lier ge­bouwd — en zoo fan­tas­tisch ge­bouwd dat men zich mid­den in China waant en de stra­len­de Ju­pi­ter­lam­pen voor de Chi­nee­sche won­der­zon houdt. De be-toove­ring van de Chi­nee­sche sprook­jes­sfeer, de poëzie van de Chi­nee­sche schil­de­rij­en, de ro­man­tiek van het land der eeu­wi­ge zon heeft een toovenaar in een reus­ach­tig net op­ge­van­gen en pre­cies voor de poor­ten van Ber­lijn naar Neu­ba-bels­berg ge­bracht.

Hoog boven de zich sier­lijk van heu­vel­tje tot heu­vel­tje wel­ven­de brug ziet men geen Ju­pi­ter­lam­pen, zoo ge­fas­ci­neerd is men, men ziet slechts den hemel van het

won­der­land. Lie­fe­lij­ke klok­jes klin­ken fijn, wan­neer een men­schen­voet deze brug be­treedt. De weg komt van uit het ver­bor­ge­ne — mis­schien is het een tem­pel, mis­schien is het een pri­eel, in elk geval is het mees­ter­lij­ke Chi­nee­sche ar­chi­tec­tuur. En grot­ten en steenen en wegen en groen, hemel en brug­gen en tem­pels — de sprook­jes­ach­ti­ge tuin van Pe­king van den kei­zer van China — deden mij, die in de UFA-ate­liers reeds de heele we­reld be­reis­de, ver­baasd staan. Welk een pracht.

Maar ik stond in den weg | Een on­zach­te stoot bracht mij tot de wer­ke­lijk­heid terug. « Par­don Chi­nees! » sta­mel­de ik be­schei­den — lieve hemel, wat we­melt het hier van Chi­nee­zen! Ik heb nooit

! ge­we­ten dat er zoo­veel mooie Chi­nee­sche

\ vrou­wen be­staan. Plot­se­ling sta ik stil.

ä* Al­le­mach­tig, dien dik­ken daar kèn ik

toch? Wie is dat ook weer? Een der blan-; ke man­nen vraag ik — nog hee­le­maal on-

; der den in­druk, dat ik ver­on­der­stel, dat

ik Ghi­nee­sch ken en dat de gele man mij

niet ver­staat — Par­don, wie is die dikke

man daar, met dien enor­men draak over de door n gele ki­mo­no be­dek­te buik? Hij lacht. « Wat, kent u die niet? »

; « Neen. » — « Maar me­neer, dat is toch

de kei­zer van China! » — « Wat zegt u, wie? De kei­zer van China! »

Ik trek een al­ler­on­ge­luk­kigst ge­zicht, maar als wel op­ge­voed mensch zeg ik; « Dank u ». Doch mijn blan­ke zegs­man j’s

nog niet uit­ge­spro­ken. « Wan­neer hij weer in ci­viel loopt, kunt u « me­neer Schaef­fers » tegen hem zeg­gen ». Na­tuur­lijk, het is Willi Schaef­fers. Hoe de men-schen zich kun­nen ver­an­de­ren!!!

Reeds roept de re­gis­seur Ger­hard Lam­p­recht: « Me­neer Schaef­fers, op­na­me!! » en de pro­duc­tie­lei­der Günther Sta-pen­horst kijkt als een echte kei­zer over zijn we­reld.

D'e opnam ebe­gint. Trotsch staat dg kei­zers­doch­ter voor zich uit te sta­ren. Al­le­mach­tig, wat is die knap! Dat is toch —? Die ken ik toch? Ach ja, dat is Käthe von Nagy. Käthe als Tu­ran­dot, En hoe schit­te­rend speelt zij die scène! Vol angst, vol ge­span­nen ver­wach­ting kijkt zij naar Ka-laf. Zal hij het raad­sel op­los­sen? Zal hij het ant­woord geven, waar­op zij zoo vol ver­lan­gen wacht? Dte angst m 1 uran­dot s oogen maakt haar al­leen nom mooi­er!

Kalaf staat voor haar, op zijn ge­zicht is te lezen, dat hij zeker is van zijn over­win­ning. Won­der boven won­der — deze vreem­de­ling is Pier­re Blan­char — de van zijn over­win­ning ze­ke­re man van van­daag. Hij kijkt naar de klei­ne, ang­sti­ge, domme, lieve prin­ses, én spreekt dan de ver­los­sen­de woor­den uit: « Witte mui­zen! » Hoe ju­be­len Tu­ran­do’s oogen — zij is ge­heel en al in de war — zij zou het hoofd van Kalaf in haar han­den wil­len nemen — doch daar komt kei­zer Schaef­fers aan­ge­wag­geld en vraagt: «Is ’t zoo?» en als uit vere we­rel­den klinkt het ant­woord « Ja ». Dit was en scène uit de groote UFA-film «Tu­ran­dot, Prin­ses van China », welke bin­nen­kort zal wor­den uit­ge­bracht.

Ate­liers 99 N E O R EC”

Bre­vet N° 403.809 — Société ano­ny­me Tél. N° 704.81

RUE SOL­VY­NS, 25, AN­VERS

MO­TIFS LU­MI­NEUX AU NEON

Fa­bri­ca­ti­on — Lo­ca­ti­on — Répa­ra­ti­ons -— En­tre­tien.

mmhh>SEU LS FA­BRI­CANTS A A N V F R ii­in­ni­wn­ra

HUIS - 1899 - MAI­SON

A. BA­RON­HEID

KOOPT HIER UWE ACHE­TEZ ICI VOS

UUR­WER­KEN MON­TRES

JU­WEE­LEN BI­JOUX

ZIL­VER­WERK AR­GEN­TE­RIE

Over­groote keus voor ge­schen­ken aller aard Grand choix pour ca­deaux en tous gen­res

Prij­zen voor ie­ders beurs Prix à la portée de chaque bour­se

ALLE HER­STEL­LIN­GEN TOU­TES RE­PA­RA­TI­ONS

Of­fe­ran­de­straat, O R rue de l’Of­fran­de

te­gen­over « Magic Pala­ce » en face du « Magic Pala­ce » - 1 — 1 1

GLOBE

Le Globe est une bois­son rafraîchis­san­te d’une pureté et d’une fi­nes­se in­com­pa­ra­bles.

Son goât ex­quis, son par­fum suave et sa déli­ci­eu­se fraîcheur, lui ont valu

son

surn­om —

L'AME DU CI­TRON

Cftft­Qflgff SCHWEP­PES - UQN­P­QN ftgK­Qtf­Sa

Un tour de force

Les déco­ra­teurs de films sont des gens, pleins d’ima­gi­na­ti­on et, de plus, un peu sor­ciers. Maîtres de l’il­lu­si­on, ils jong­lent littéra­le­ment avec l’ar­chi­tec­tu­re. Ils trans­por­tent, par une for­mu­le ma­gi­que, les plus vas­tes éten­dues au stu­dio. Chiqué, diront les cri­ti­ques trop sévères, mais, en vérité, c’est un art tout à fait spécial, une création sub­or­donnée à des lois précises et par­ti­cu­lièrement dif­fi­ci­les à sui­vre. Et si, dans des cir­con­stan­ces aussi déli­ca­tes, le déco­ra­teur réussit néan­moins à met­tre sur pied, par exem­ple, une cité chi­noi­se, située dans de lar­ges vallées, au pied de vas­tes col­li­nes, s il réussit à caser ce décor dans le stu­dio où la place lui est mesurée à quel­ques cen­timètres près, on peut dire qu’il a ac­com­pli un véri­ta­ble tour de force.

C’est ce tour de force que R. Herlt et W. Rohrig, déco­ra­teurs de la Ufa, vi­en­nent de réussir.

Dans l’un des im­men­ses stu­dios de Neu-ba­bels­berg, s’élève, tou­chant presque le pla­fond, une col­li­ne sur la­quel­le s’éten­dent des pla­ces, des rues, des mai­sons. De loin, dans la vallée, on voit luire les feux d’au­tres vil­la­ges chi­nois. Les rues et les chemins s'éti­rent par monts et par vaux, et le pay­sa­ge se déroule à l’in­fi­ni. Le ciel est par­semé de nu­a­ges et le vent agite les ar­bres qui déco­rent ce ta­bleau.

Sous la toi­tu­re som­bre qui cou­vre le tout, sous les dou­zai­nes de pro­jec­teurs, dar­dant leurs feux du haut des pas­se­rel­les et des écha­fau­da­ges, on pour­rait être tenté de croi­re véri­ta­ble ce mi­ra­ge, car. dans cette cité de rêve, se dérou­lent des scènes par­ti­cu­lièrement vi­van­tes.

Par cen­tai­nes, des Chi­nois peu­plent la place sur la­quel­le un « so­leil brûlant darde ses ray­ons... » des mai­sons... des ter­ras­ses... une route abou­tit à la place, et sur

, KATE PIER­RE

DE NAGY BLAN­CHAR

DANS ONE SU­PEft­PROPU­CriOH C STA­PEN­HORST DE LA UFA

TURAMÔT

PRIN­CES­SE DE CHINE

josé no­gu­eroT­mo­net­te DINAY

ANDRÉ BER­LEY

RÉALI­SA­TI­ON: GÉRARD LAM­P­RECHT COL­LA­BO­RA­TI­ON FRANÇAISE et DIA­LO­GUES SERGE VE BER su­per­vi­si­on • raoul plo­quin

cette route, à la pente ver­tig­neu­se­ment raide, ar­ri­ve Pier­re Blan­char, l’oi­se­leur Kalaf. Ac­com­pagné de son fidèle com­pag­non Daîio, il conduit une voi­tu­re, à la­quel­le sont ac­crochées, un peu par­tout, des cages d oi­se­aux.

Les épi­so­des se succèdent à une al­lu­re ver­tig­neu­se. La char­ret­te du bour­reau tra­ver­se la place. José Noguéro (le prin­ce de Sa­mar­can­de) est de­bout, les mains liées, dans ce véhi­cu­le con­fec­ti­onné en tiges de bam­bou. Il doit être décapité parce qu’il n'a pu résoud­re les trois énig­mes posées par la prin­ces­se Tu­ran­dot.

A cette Blan­char se met dans une telle colère, qu il se préci­pi­te sur le char du bour­reau, libère le prin­ce, four­nis­sant

ainsi le prétexte au début 3’une déli­ca­te et char­man­te­Tus­toi­re d’amour avec la prin­ces­se Tu­ran­dot (Kate de Nagy).

Mais la conquête de Kate de Nagy coûte à Pier­re Blan­char des ef­forts presque sur­hu­mains. Le pro­jec­teur lance ses feux ar­dents sur le grouil­le­ment de la scène. Gérard Lam­p­recht, le réali­sa­teur, veut re­pro­dui­re sur l’écran, la vie chi­noi­se dans toute son ori­gi­na­lité et Pier­re Blan­char, Français aüthen­ti­que, tombé par ha­sard, et de la façon la plus étran­ge, dans cette chi­noi­se­rie, est obligé d’exp­pli­quer à la foule chi­noi­se sa colère con­tre la prin­ces­se. Cette foule con­scien­cieu­se­ment grimée, s’at­ti­re les foud­res du met­teur en scène qui l’ex­hor­te à la vie, au mou­ve­ment, au bruit, aux rires, à la cu­ri­o­sité.

Blan­char, Dalio, Noguéro, répètent tou­jours leurs rôles. Le ma­quil­la­ge coule sur leurs fi­gu­res. Mais Blan­char est enragé: « Etes-vous en coton? » crie-t-il au peu­ple

chi­nois, « pou­vez-vous ad­met­tre que cette pe­ti­te fille ri­di­cu­le en­voie des cen­tai­nes de jeu­nes hom­mes à la mort, uni­que­ment parce qu elle ne veut pas se ma­rier? » 11 en­voie rou­ler le gros bour­reau, ap­pel­le son com­pag­non Dalio, libère le prin­ce Noguéro qui réclame éner­gi­que­ment d’être Comme on répète une dou­zai­ne de fois, décapité.

on a le temps d exa­mi­ner en détail cette cité chi­noi­se. En grim­pant dans les écha­fau­da­ges qui sup­por­tent la ville on peut ad­mi­rer le tra­vail ac­com­pli pour ren­d­re la cou­leur lo­ca­le. Des sen­tiers rai­des es­ca­la­dent la mon­tag­ne, on monte de min­ces es­ca­liers de pier­re et l’on ad­mi­re la vieil­le Chine, du hàùt d’une' pla­te-for­me située sur les murs de la ville. On a l’im­pres­si­on de se trou­ver ici en face d une re­pro­duc­ti­on fidèle de ces vieil­les soi­e­ries chi­noi­ses et dont les bro­de­ries, après des siècles, n’ont pas en­co­re fini de nous en­chan­ter.

Lon­gue rue des Ima­ges, 264 AN­VERS

TE­LEP­HO­NE: 570.40

Tous CHAR­BONS pour foy­ers do­mes­ti­ques et l’in­du­strie.

Qua­lités et Poids ga­ran­tis.

Mo­no­po­le de Vente des Char­bon­na­ges d’Hen­sies-Pom­merœul pour les:

Bri­quet­tes « FER­MOUL H. P. », 10 K»» Bri­quet­tes «FER­MOUL SAR­TIS », 3 K« Bou­lets « RO­MU­LUS », 20 gr.

Bou­lets «SPE­CI­AL», 45 gr.

Four­nis­seurs de la Société Roy­a­le de Zool­ogie d’An­vers.

Ziet naar onze

LUCH­TERS

LAM­PEN

WAN­DUCH­TEN

THEO COR­LUY

23, OM­ME­GAN­CK­STRAAT, 23 Te­le­foon: 307,11 - ANT­WER­PEN

Dïul­c­ke­rij De Vos-van Kleef, Rood «straat, 44, Ant­wer­pen

AUX FOR­GES DE VUL­CAIN

Flo­rent Ver­stre­pen

St.​Jacobs­markt, 97, Ant­wer­pen

Te­le­foon: 214.73 -- Han­dels­reg. 424

Over­groote keus in Mo­der­ne Hof- en Ter­ras-Meu­be­len KA­CHELS - CUI­SI­NIE­REN - GAS­VU­REN

Voor vlug, goed­koop en ver­zorgd

DRUK- EN BIND­WERK

ééne firma:

De Vos-van Kleef

Rood­estraat, 44 — Ant­wer­pen Te­le­foon: 337.08

BLEEK­E­RIJ BLAN­CHIS­SE­RIE

“WIL­RIJ­CK”

H. DE DEC­KER - GOORE­MANS

318, HEI­STRAAT — RUE DE LA BRUY­E­RE, 318 Te­le­foon Nr. 787.92 -- WIL­RIJ­CK

Spe­ci­a­li­teit van Cols, Man­chet­ten en Mans­hem­den

KI­LO­WASCH aan 2,25-3,50

Ik ge­last mij met alle Nieuw­was­sche­rij en Ver­we­rij

Spoe­di­ge be­die­ning. Ver­zorgd werk.

Prijs­op­ga­ve op aan­vraag

Spéci­a­lité de Cols, Man­chet­tes et Che­mi­ses d’Hom­mes

LA­VA­GE au kilo fr. 2,25-3,50

Je me char­ge de tout La­va­ge à Neuf et Tein­tu­re­rie

Ser­vi­ce rapi­de. Tra­vail soigné.

Prix sur de­man­de

BON COIN

La mai­son qui in­spi­re

con­fi­an­ce

HOM­MES-JEU­NES GENS - EN­FANTS

Off­set Fr­r­DES­MET rue des WaP­Pons 14-16 An­vers. Tef: 209.05